Behalve het vilten met de schapenwol doe ik ook garen spinnen. Dit kan met verschillende materialen en op verschillende manieren.
Schapenwol kan je zo uit de vacht spinnen, dit wordt dan naderhand volledig gewassen. Door het rechtstreeks uit de vacht te spinnen krijg je een heel mooi natuurlijk kleurverloop in je garen. Gebruik je vacht van een bont schaap dan zie je dit duidelijk terug in je garen. Ik vind zelf dat deze manier als enige nadeel heeft dat de wol nog vol met zand en andere aanhangsels door je handen gaat. Als je op deze manier gaat spinnen raad ik wel aan om een kleed onder je spinnewiel te leggen om alles op te vangen. je handen worden ook wat vettig omdat de vacht nog vol lanoline zit.
Je kan de schapenwol ook eerst wassen en dan kaarden. Dit heeft als voordeel dat je schone handen hebt tijdens het spinnen. Door gewassen en gekaarde wol te spinnen krijg je wel een dunnere draad. Als je de schapenwol kaard kan je heel mooi verschillende wolsoorten mengen. De schapenwol hoef je na het wassen niet perse te kaarden, je kan hem dan ook uit de vacht spinnen. Deze manier van spinnen heeft wel mijn voorkeur omdat je dan een mooie levende draad krijgt in de kleurnuances.
Dan de laatste mogelijkheid is het spinnen van klant en klare merinowol. Dit is zo ontzettend veel verschillende kleuren te koop dat je het garen voor je werkstuk volledig kan aanpassen. De merinowol kan je dan zo verwerken maar je kan er ook art-batts van maken. het leuke daarvan is, is dat je verschillende kleuren of vezels kan mengen. Wil je er Tussah zijde doorheen, of vlas, dat is allemaal mogelijk. Dit geeft tijdens het spinnen structuur aan je draad en uiteindelijk dus ook aan je werkstuk waar je het garen voor gaat gebruiken.
Omdat niet iedereen van wol spinnen houdt, werk ik ook in opdracht. Je kan dan de kleuren, wolsoort en hoeveelheid doorgeven, net als dat je dan kan kiezen of de streng wol 2draads of 3draads getwijnd is.